Zijde gereêd, zedde klaor en bende verrig? Deze zinnetjes betekenen allemaal hetzelfde, maar je hoort ze in andere gebieden in Noord-Brabant – of misschien beter: hoorde. Want woorden als zijde, zedde en bende zijn nog springlevend, maar gereêd en verrig hebben de afgelopen eeuw hard achteruitgeboerd. Op de kaart zie je welke woorden onderzoeker Toon Weijnen in 1937 waar aantrof. Hieronder kom je te weten waar gereêd, klaor en verrig met hun varianten vandaan komen.
Gereêd
Varianten als gereêd, gerjeed, gereeëd en gerieêd zijn natuurlijk familie van het Standaardnederlandse gereed. Terwijl dat woord vrij formeel is, zijn de Brabantse woorden heel alledaags.
Deze woorden komen van het West-Germaanse *gi-raidī. Dat was een afleiding van het werkwoord waar rijden uit is ontstaan. De oorspronkelijke betekenis was ‘klaar om te rijden’.
Klaor
Woorden als klaor, kloar en kloër zijn Brabantse tegenhangers van klaar. Dat woord is al in de vroege middeleeuwen overgenomen van het Latijnse clārus, dat ‘helder, duidelijk, stralend’ betekende.
De dertiende-eeuwse Middelnederlandse vorm claer had precies die betekenissen. We vinden die nog terug in zonneklaar, een klare dag en klare taal.
Pas in de zeventiende eeuw vinden we voor het eerst de betekenis ‘gereed’. Die is voortgekomen uit ‘duidelijk’: wat duidelijk is geworden, is afgehandeld.
Verrig
Het bijzonderste woord in dit drietal is verrig, in sommige plaatsen ook wel verdig. Dat komt van het Middelnederlandse verdich, een oostelijke vorm van vaerdich. Het is dus verwant aan het Standaardnederlandse vaardig.
Deze woorden zijn een afleiding van varen in zijn oude betekenissen ‘gaan, reizen’. Oorspronkelijk betekenden ze dus ‘klaar om te gaan, reizen’.
In de middeleeuwen hadden verdich en vaerdich vooral de betekenis ‘klaar’, dus het Oost-Brabantse heeft met verrig een oude betekenis behouden.
In het Nederlands schemert die betekenis alleen nog door in woorden als hulpvaardig (‘klaar om te helpen’), reisvaardig (‘klaar voor de reis’) en strijdvaardig (‘klaar voor de strijd’).
Verrig is ook nauwverwant aan het Duitse fertig, dat van fahren afgeleid is en ook ‘klaar’ betekent.
Dialectonderzoeken van zo’n tien jaar na Weijnens kaart laten zien dat verrig in die korte tijd al flink had ingeleverd. Waar het woord nog wel werd opgegeven, zeiden mensen er soms bij dat het een ‘oud’, ‘boers’ of ‘plat’ woord was. Zodra een woord zulke etiketten krijgt, ziet zijn toekomst er niet rooskleurig uit.
